Ik kom uit een loodgietersgeslacht en het stond al bij mijn geboorte vast dat ik het familiebedrijf als vierde generatie zou voortzetten. Na mijn eindexamen vond mijn vader dat ik onderaan de ladder moest beginnen. Op 1 september 1977 meld ik me in mijn overall bij een filiaal van ons bedrijf op het terrein van Shell Amsterdam/KSLA.
In 1978 begin ik met de Hbo-opleiding Installatietechniek en in mijn vrije tijd werk ik mee in het familiebedrijf. Na 5 jaar word ik projectleider en commercieel medewerker. Na mijn opleiding Installatietechniek ga ik in de avonduren Bedrijfseconomie aan de Vrije Universiteit studeren. Gelukkig ben ik in die tijd ook lid van een studentenvereniging waar ik voor mijn gevoel terecht kan voor een goed gesprek en intellectuele voeding.
In 1986 wordt ik mededirecteur naast mijn vader en een jaar later neem ik op negenentwintig jarige leeftijd het familiebedrijf over.

➢ Een monteur zei eens tegen mijn vader: "uw zoon is wel met een gouden lepel in zijn mond geboren." Ik ben van mening en heb ook ervaren dat het makkelijker is om een vreemd bedrijf over te nemen dan het familiebedrijf.

➢ Bij de opvolging binnen familiebedrijven kan de zoon of dochter beter zijn of haar opleiding en werkervaring opdoen in andere bedrijven. Ik heb het zelf als een handicap ervaren dat ik geen andere bedrijfsculturen en bedrijfsvoeringen had meegemaakt.